Voor alle moeders die...

30.04.25

Zes keer per nacht opstonden om te plassen.
Hun buik optilden om uit de zetel te raken.
In het midden van elke vergadering dachten: laat m’n water nu maar breken, dan kan ik weg.
Voor alle moeders die bevielen met een oerkracht waarvan ze niet wisten dat ze die in zich hadden. Of met trillende handen een keizersnede ondergingen, en zich nadien afvroegen:
Heb ik dit echt gedaan?
(Je hebt het echt gedaan.)

Voor alle moeders die wakker lagen terwijl hun baby sliep, omdat de stilte enger was dan het gehuil.
Die ’s nachts googelen of dat hoestje normaal is.
De temperatuur opnemen.
Een pamper zoeken.
En intussen proberen kalm te blijven.
Die fluisteren:
“Het is oké, mama is hier”, terwijl ze zelf ook niet zeker weten of dat waar is.

Voor alle moeders die eten maken dat niet gegeten wordt.
Die een bord in de lucht houden met vliegtuiggeluiden.
Die op de vloer zitten, pasta in hun haar, en denken: oké, dit is dus lunch.

Voor alle moeders die zich aankleden in drie minuten.
Die vergeten te eten, maar wél die éne knuffel uit de was vissen omdat “die moet mee.”

Die in de auto vloeken en meteen sorry zeggen tegen niemand, tegen zichzelf of tegen hun kind.

Voor alle moeders die “ik kom zo” zeggen en dan blijven hangen in de gang, gewoon even tegen de muur aan.

Voor alle moeders die een driftbui trotseren alsof het een onderhandeling met een terrorist is.
Die zuchten, tellen, kalmeren en dan toch hun geduld verliezen.

Voor alle moeders die zich schuldig voelen. Omdat ze te veel werken. Of te weinig. Omdat ze schreeuwden.
Of omdat ze huilden op de badkamervloer, in stilte.

Voor alle moeders die op het werk pas beseften dat er een rozijnenkoek aan hun trui plakte. Of nooit op de foto’s staan, omdat zij altijd degene zijn die ze maken.

Voor alle moeders die elke dag opnieuw een beetje zoeken.
En toch weer opstaan.
En zeggen:
Kom, we proberen het weer.
Voor alles wat niemand ziet,
maar wat alles betekent voor die ene persoon.
Voor alle moeders die gewoon doen wat nodig is.

We doen het. En we doen het goed.

Met zachtheid, E.